Het is vandaag gedichtendag. Hieronder vindt u een gedicht over een traditionele Polderse folklore : het keizerrijden. De gansrijders en hun gevolg tellen nu al volop af naar 7 april. Dan vindt het 72e keizerschap plaats in Zandvliet.
Koning worden van de ganzenrijders is geen eenvoudige zaak:
het vraagt paardrijdkunst, wat geluk en heel veel lef.
Op ’t juiste moment beslissen maar even vaak
mistasten in een teleurgesteld besef.
Maar tussen die honderden ganzenrijders
toont zich jaarlijks één toch sterker, grootser, wijzer.
Hij kroont zich tot strijder der strijders,
de koning der koningen is de keizer.
Veelal klinkende namen, in ’t zadel geboren,
schrijven ze hun naam bij op een lange lijst van eer.
Ze zijn van alle koningen uitverkoren
en bewijzen hun status keer op keer.
Want als in alle dorpen de strijd is gestreden,
als elke vereniging zijn koningen kent,
dan wordt het keizerschap gereden,
dan wordt de nieuwe keizer weldra bekend.
De oude keizer zet zich zelfzeker op kop van de stoet:
de blik verbeten, een lach om de mond.
En terwijl iedere ruiter zijn wensen voedt
leidt hij de majesteiten in zijn dorpje rond.
Want elke deelnemer droomt van die keizerlijke kroon,
die van goud schittert in de vroege lentezon,
en van die glanzende mantel, in ’t karmijn, zo schoon.
‘Ooh, als ik die ooit eens dragen kon!’
Dan glorieert zijn persoon in adellijke glans,
zijn naam voor eeuwig in ’t geheugen geprent.
Enkel door het trekken van het koppeke van de gans
is hij nu in heel de Polder gekend.
Stakke Wanne (Peter Henrickx)